donderdag 5 mei 2011

Leerstoel Amnesty International 2010-2011 voor zuster Jeanne Devos

Om nog wat in de sfeer van het Feest van de Arbeid én de Erfgoeddag over armoede te blijven, dit verslag van de Leerstoel Amnesty Internationaal 2010-2011. Die werd een maand geleden door de Universiteit Gent en Amnesty International Vlaanderen aangeboden aan zuster Jeanne Devos voor haar unieke inzet in de strijd tegen armoede en uitbuiting in India, voor en vooral samen met de allerarmsten.

Jeanne Devos (Foto UGent - Hilde Christiaens)

Het is de vierde keer al dat Amnesty International en de Universiteit Gent samenwerken om erkenning te geven aan iemand die een belangrijke bijdrage levert aan de verwezenlijking van mensenrechten. Vorige jaren waren dat BB’s (Bekende Buitenlanders) als Nawal el Saadawi, psychiater en feministisch schrijfster en Luis Moreno-Ocampo, hoofdaanklager bij het Internationaal Strafhof. Dit jaar kreeg Jeanne Devos, iemand ‘van eigen bodem’, met deze Leerstoel een forum voor de studenten van initiatiefneemster professor Eva Brems en haar collega’s Rudy Doom en Yves Haeck. Alvast een (ver)taalprobleem minder én de Leerstoel eens wat dichter bij huis. De Leerstoel werd op 30 maart afgesloten tijdens een academische zitting in de Gentse Vooruit, inclusief een ceremonieel gedeelte met rector Paul Van Cauwenberge.

Zuster Devos vertrok in 1963 als missiezuster (toen nog met kap!) naar India. De confrontatie met de schrijnende armoede, de onderdrukking en de uitbuiting maakte grote indruk. Vanuit haar verontwaardiging over het lot van de allerarmsten ontpopte ze zich als de drijvende kracht achter de Nationale Beweging voor Huispersoneel in India, een beweging die vandaag meer dan twee miljoen leden telt. Zuster Jeanne luisterde naar huisarbeidsters – een zeldzaamheid voor velen onder hen -, ze bracht ze samen, en zocht met hen naar oplossingen voor de problemen die zij naar voren schoven. Die oplossingen zijn heel concreet: vluchthuizen, onderwijsgelegenheid voor kinderen in de sloppenwijken, deskundige opvang voorzien voor gekwetste mensen, en training geven zodat mensen elkaar kunnen helpen.

Publiekslezing door Jeanne Devos (Foto UGent - Hilde Christiaens)

Haar visie en aanpak kregen weerklank. De Nationale Beweging voor Huispersoneel (National Domestic Workers Movement – NDWM) is nu al in 23 staten in India aanwezig. De beweging zet zich in om die rechten ook juridisch te vertalen, zodat huispersoneel bescherming krijgt op het vlak van werktijden en loon, bescherming tegen uitbuiting en misbruik. In verschillende deelstaten hebben ze die juridische erkenning gekregen. Er werden vakbonden voor huispersoneel opgericht. De “meid” is “huispersoneel” geworden. Alleen dat al is een overwinning voor de waardigheid van mensen.
.
Ze ijveren verder, om ook nationaal en internationaal bescherming voor huispersoneel te voorzien. De beweging is erin geslaagd om de erkenning van huisarbeid bovenaan de internationale agenda te plaatsen. De Internationale Arbeidsorganisatie (IAO/ILO) plaatste de discussie over minimumnormen voor de bescherming van huispersoneel in juni 2011 prominent op de agenda van haar conferentie (International Labour Conference – ILC). Zulks lukte nog niet in 2010. Het belang van deze koerswending is eigenlijk enorm. Het moet een enorme boost zijn voor mensen als Jeanne Devos die decennialang aan de weg timmerden om hun ‘levenswerk’ eindelijk internationaal bekroond te zien.

Maar de missie van zuster Devos gaat veel verder dan het geven van praktische ondersteuning. Het belangrijkste dat zij kwetsbare vrouwen en meisjes wil geven, is een gevoel van eigenwaarde, en de kracht om op te komen voor hun rechten. Voor hun mensenrechten, die essentieel zijn om een waardig leven te leiden. De Nationale Beweging voor Huispersoneel is niet de beweging van Jeanne Devos, het is de beweging van de huisarbeidsters en -arbeiders zelf. Zij nemen het leiderschap in handen, zij betalen zelf hun lidgeld, zij bepalen samen waarvoor ze ijveren, en welke bescherming ze willen verkrijgen.

In de theaterzaal van de Vooruit gaf zuster Jeanne Devos een publiekslezing De kracht van een beweging als uitweg uit de armoede. Ze ging van start met de Millennium Declaration van de Verenigde Naties in 2000.

Jeanne Devos en Bogdan vanden Berghe (11.11.11) - (Foto UGent - Hilde Christiaens)

Voor Jeanne Devos is de “halvering van de armoede in de wereld tegen 2015″ de belangrijkste millenniumdoelstelling uit die Millennium Declaration. Het verwezenlijken van de armoededoelstelling vormt de basis voor andere doelstellingen op vlak van onderwijs, huisvesting, gezondheid, gelijkheid man/vrouw, strijd tegen HIV/Aids, milieu. Het blijft een uitdaging voor staten om hun burgers, ook de armen, een veilige omgeving te bieden.

Armoede is een verzamelnaam voor mensenrechtenschendingen. Armoede maakt mensen minder weerbaar tegen geweld en misbruik. Armoede is voor Jeanne Devos geen accident of toeval maar blijft en groeit als een – oneerlijke – structuur. De ganse sector van arbeid vandaag en dan vooral de niet-georganiseerde arbeid, geeft nochtans enorme kansen om armoede uit te roeien. Maar het moet wel ‘waardig werk’ zijn, een synergie van rechten, werk, sociale bescherming en sociale dialoog. De armoede vandaag is geen gevolg van tekort maar wel van een gemis aan eerlijke verdeling en deelname op alle terreinen.

Wie zich wil inzetten tegen armoede en wil streven naar rechtvaardige arbeid kreeg van Jeanne Devos een hele waslijst te vervullen voorwaarden mee. Ik vat samen: duidelijke keuze voor én actieve participatie van de doelgroep en de gemeenschap, proces van bevrijding en rechten, benadering gebaseerd op mensen-, vrouwen- en kinderrechten, aandacht voor gender, teamwerk, engagement van de academische wereld … en – helemaal in de sfeer van Gandhi – geloven in de goedheid van de mensen.

Dit artikel verscheen ook op Gentblogt Leerstoel Amnesty International 2010-2011 voor zuster Jeanne Devos (Gentblogt - 3 mei 2011)

Geen opmerkingen: